Bergues, achtergrondinformatie - Reisverslag uit Boeschepe, Frankrijk van Lisette Zweers-van der Staak - WaarBenJij.nu Bergues, achtergrondinformatie - Reisverslag uit Boeschepe, Frankrijk van Lisette Zweers-van der Staak - WaarBenJij.nu

Bergues, achtergrondinformatie

Door: Lisette

Blijf op de hoogte en volg Lisette

10 Juni 2010 | Frankrijk, Boeschepe

Het verhaal gaat dat de Bretonse koningszoon Winok zich ergens tussen 665 en 675 samen met enkele metgezellen teruggetrokken zou hebben op de Groenenberg, een eenzame heuvel aan de rand van de voormalige kustmoerassen. Hun vestiging groeide echter al gauw uit tot een kloostertje; daarom zocht Winok opnieuw de stilte in het iets zuidelijker gelegen Wormhout, waar hij in 717 ook begraven werd.
Toen de Noormannen in de tweede helft van de 9e eeuw begonnen binnen te vallen, bouwde graaf Boudewijn II de Kale op de Groenenberg een primitieve versterking. Later zou graaf Boudewijn IV met de Baard omstreeks 1022 hier de door de Noormannen in de as gelegde Sint-Winokskerk heropbouwen en er het gebeente van de heilige te rusten leggen. Daarmee was meteen ook de basis gelegd voor de latere abdij.
De voor de handel zeer gunstige ligging aan zee en de aanwezigheid van een belangrijk geestelijk centrum als de abdij betekenden een sterke stimulans voor de jonge nederzetting, zeker toen de graven van Vlaanderen er in 1028 een echte burcht bouwden. Het verlenen van een keure in 1240 voorzag in een extra prikkel voor stad, die een snelle topografische ontwikkeling kende. De bestuurlijke onafhankelijkheid vond haar uitdrukking in het belfort, waarvan de bouw in 1240 door de graaf werd toegestaan. Bergen werd een haven en een textielcentrum van regionale betekenis, met sedert 1276 een eigen wolmarkt en in de volgende eeuwen ook twee druk bezochte laken- en doekmarkten. De Vlaamse graven gaven de nederzetting een van torens voorziene vestingmuur.
In 1583 werd het stadje na een belegering door Alexander Farnese ingenomen en in puin gelegd. De nieuwe heer, de Spaanse koning Filips II, liet het echter volledig heropbouwen, een daad die nog tot op heden sterk het uitzicht van Sint-Winoksbergen bepaalt. De stad had nog steeds een bestuurlijke en juridische functie, was een bloeiend geestelijk centrum en huisvestte een garnizoen. De vestiging van talrijke gegoede families in prachtige herenhuizen was er een gevolg van. De haven aan de Kolme kon toen veertig à vijftig schepen herbergen.
In 1658 veroverde Lodewijk XIV de stad, die na de Vrede van Aken in 1668, definitief bij Frankrijk werd gevoegd. Onder Lodewijk XIV werd vervolgens Duinkerke uitgebouwd tot een grote marinebasis en havenstad, die Bergen in de komende eeuwen volledig zou overvleugelen.
De Franse revolutie markeert het begin van een economische ineenstorting, een voortdurende achteruitgang en een blijvende verarming. Alle kerkelijke instellingen worden afgeschaft en de meesten ervan gesloopt. Buiten de graanhandel is elke activiteit er verdwenen en in de door Duinkerke overschaduwde haven blijft elk schip weg. Door de nabijheid van de Duinkerkse veste verliest het bovendien zijn eeuwenoud militair belang, waardoor de daarmee samenhangende functies overbodig waren en dus afgeschaft werden.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog teisterden langeafstandsgeschut en luchtbombardementen de gemeente. In het kader van de verdediging van haar grote concurrent Duinkerke was Bergen in 1940 het toneel van felle gevechten, artilleriebeschietingen en bombardementen die haar in het hart troffen. Toen op 2 juni van dat jaar een bres in de verdediging werd geslagen, was het stadje voor 60% verwoest. Het belfort, dat algemeen als het mooiste van Frankrijk beschouwd werd, werd op 16 september 1944 opgeblazen; pas in 1961 werd het heropgebouwd.
Tegenwoordig heeft Bergen slechts een geringe regionale betekenis, onder meer op gebied van onderwijs. In de nabijheid van de industriereus Duinkerke leeft men er tussen de talrijke monumenten, resten van een rijk verleden. De roeping van de stad ligt dan ook bij het toerisme, dat zich in de laatste jaren sterk ontwikkeld heeft.

De St. Winoksabdij
Op de Groenenberg duiden de Blauw- en de Piektorre de in 1811 gesloopte Sint-Winoksabdij aan. Deze min of meer door Sint-Winok zelf gestichte abdij was in de Middeleeuwen een bloeiend religieus en cultureel centrum, met een rijke bibliotheek die gelukkig voor de Revolutionairen verborgen bleef en nu de rijkdom van het Stedelijk Archief uitmaakt.
Ze had zich bovendien bij het gewone volk een grote populariteit verworven dankzij de volgende op het christelijk gemoed werkende legende : Toen er eens een kind in de Kolme viel en verdronk, trokken de diepbedroefde ouders naar de abdijkerk en smeekten de abt om het reliekschrijn van Sint-Winok naar de plaats des onheils te brengen. Onmiddellijk werd er een stoet van monniken en vrome burgers gevormd die onder het zingen van gewijde liederen naar de rivier trok. En zie, het schrijn had het water nog maar nauwelijks aangeraakt of de ouders konden de kleine drenkeling levend en wel aan de boezem drukken. Nog elk jaar wordt op Drievuldigheidsdag (de eerste zondag na Pinksteren) dit wonder herdacht met een processie naar de Kolme. Behalve het schrijn worden dan ook zieke kinderen in het water gedompeld.
De door Boudewijn gebouwde abdij werd een honderdtal jaar (5-9-1123) later door brand platgelegd. Al tien jaar later kon de bisschop van Terwaan de nieuwe kerk inwijden, waarvan de vierkante middentoren (de huidige Blauwtorre, genoemd naar het leien dak dat tijdens de Tweede Wereldoorlog verdween) bewaard bleef. Het onderste deel met de drie romaanse vieringbogen uit ijzerzandsteen dateren nog uit die tijd, de gotische klokkenverdieping stammen uit de 14e eeuw. Tegenwoordig is de torenstomp wel ver van haar oorspronkelijke functie verwijderd: Sinds 1956 zit er een betonnen watertoren in. In 1288 bouwde men er een indrukwekkend gotisch koor met omgang tegenaan, waardoor de vierde Romaanse vieringboog van de toren verdween.
Tijdens de Franse plunderingen van 1383 werd het interieur in gruzelementen geslagen, waardoor de kerk het een tijdje zonder diende te doen. Pas in 1501-1512 bouwde een abt het samenhangend en rijker uit, maar dat was geen lang leven beschoren: de beeldenstormers maakten er in 1558 korte metten mee. Daarna richtten Bosgeuzen schade aan en stortte in 1587 het gewelf in. Blijkens het door Sanderus gepubliceerde stadsplan van 1635 bestond de kerk toen nog steeds uit de Romaanse toren met kruisbeuk en een driebeukige basilikale benedenkerk van zes traveeën. Links tegen de westgevel had men een vierkante toren aangeplakt. De abdij zelf toonde de traditionele indeling : kerk, kapittel, eetzaal en de soms verwarmde bibliotheek lagen rond een kloostergang, de slaapkamers bevonden zich op de eerste verdieping. Daar tegenaan bevonden zich dan weer de gastenverblijven en het abtenpaleis.
De plattegrond werd gecompleteerd met de stallen en de schuren van de abdijhoeve. Om het complex heen strekten zich tuinen en landerijen uit, die groot genoeg waren om in het levensonderhoud van de kloosterlingen te voorzien. Het waren trouwens niet alleen de monniken die het land bewerkten, veel lijfeigenen en handwerkslieden verdienden er het zout in hun pap.
Tijdens de tweede helft van de 17e eeuw werden de oorlogen het gebouw noodlottig; op een reliëfplan van 1699 zien we dat de benedenkerk op de westertoren en de zuidgevel na volledig verdwenen is. De doorgang van de toren naar de middenbeuk werd met een venster afgesloten. Wat er toen nog overbleef voorzag men in de 18e eeuw van een rijk interieur, tevergeefs echter want op 22 januari 1798 werd de kerk verkocht en het koormeubilair over de omliggende streek verspreid. Tijdens de aanleg van een Duits kerkhof in 1941 vond men er de fundamenten van terug. De monniken zelf vluchtten in 1791, maar ze waren wel zo wijs om hun bibliotheek mee te nemen, die daardoor de Revolutie overleefde.
De er vlakbij gelegen Piektorre stond wel op het abdijterrein, maar maakte in feite geen deel uit van de gebouwen. Ze bleef bij de slooppartij gespaard als baken voor de kustvaarders. Men deed in 1818 dan ook de moeite om ze opnieuw op te bouwen in haar oorspronkelijke vorm, nadat ze in 1812 was ingestort.
De toegang tot dit geheel is een beschermde 18e-eeuwse klassieke poortconstructie, die een ouder poortgebouw vervangt. Ze werd in 1816 hersteld, waarbij men op het hoofdgestel een bekroning plaatste met de voorstelling van de wapens van Frankrijk, die door de Duitsers in 1940 vernietigd werd.

De Mont-de-Piété of Barmhartigheidsberg van Bergues
Nabij de Sint-Maartenskerk verrijst de indrukwekkende Mons Pietatis of Berg van Barmhartigheid, het pandjeshuis dat tussen 1629 en 1633 werd gebouwd door Wenceslas Coebergher (Antwerpen, tussen 1557 en 1561 – Brussel, 24 november 1634). Hij was een van die veelzijdige getalenteerde figuren die oplossingen zocht voor de problemen waar de mensheid mee worstelde, bedreef wetenschap en vond tussendoor nog de tijd om niet onverdienstelijk te dichten en/of te schilderen. Coebergher werd na een verblijf van 25 jaar in Italië in 1604 naar Brussel geroepen om daar als hofschilder te gaan werken. Hij maakte niet alleen naam met de drooglegging van De Moeren, maar liet ook als architect een aanzienlijke erfenis voor ons achter.
De Mons Pietatis is een van zijn fraaiste scheppingen. Dit in de afgelopen decennia gerestaureerde en als museum ingerichte bouwwerk werd tussen 1629 en 1633 opgetrokken in een Vlaamse renaissancestijl die duidelijk Italiaanse invloeden verraadt. Uiteraard heeft zijn pandjeshuis weinig met barmhartigheid te maken, maar men leende er wel geld op reële voorwaarden, wat goedbeschouwd toch een vorm van barmhartigheid moet geleken hebben voor diegenen die tot dan toe uitgezogen werden.
De verhoogde halsgevel van het gebouw in bak- en natuursteen draagt in de top het jaartal 1630. Het herbergt het stadsarchief met de rijke bibliotheek van de Sint-Winoksabdij en sinds 1956 ook het Stedelijk Museum. Het eerste omvat heel wat verluchte manuscripten, waaronder de hagiografieën van de heiligen Winok, Oswald en Livina door de 12e-eeuwse monnik Drogo; het tweede is vooral een schilderijenmuseum, met werken van bekende en minder bekende Vlaamse, Franse en Italiaanse meesters, maar ook met kunstschatten uit de abdij, souvenirs uit de lokale historie en een ornithologische collectie.

  • 08 Augustus 2010 - 13:15

    Fabiola:

    Het is en blijft leuk de verhalen te lezen.

    Liefs Fab

  • 18 Mei 2015 - 10:59

    Kieran:

    goed maar waar heb je al die uitleg gehaald en kun je die tekst niet wat samenvatten a.u.b

    m.v.g kieran

  • 20 Mei 2015 - 06:43

    Lisette:

    Beste Kieran,
    De uitleg heb ik her en der van het internet gehaald, waarbij ik alleen bronnen heb gebruikt die me betrouwbaar leken.
    Uiteraard kan ik de tekst samenvatten, maar ik heb zelf een duidelijke keuze gemaakt om dit niet te doen omdat dan wat mij betreft interessante info verloren gaat.
    Groetjes,
    Lisette

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Lisette

Dit is een reis door een hondenleven, en en passant neem ik je mee via Überall (D), Hvorsomhelst (N), Partout (F) en Vannenleiendakske (B)mee op kampeertrektochten door Europa. Veel lees- en kijkplezier!

Actief sinds 23 Juli 2012
Verslag gelezen: 1696
Totaal aantal bezoekers 437990

Voorgaande reizen:

01 Januari 2008 - 30 September 2014

Waterliniepad

01 Januari 2010 - 31 December 2010

Dagboekje 2010

28 Oktober 2010 - 31 Oktober 2010

Weekend Eifel

12 Augustus 2010 - 23 Augustus 2010

Agder en Rogaland

03 Juni 2010 - 11 Juni 2010

Frans Vlaanderen

01 Februari 2008 - 06 Juni 2010

Hondenschool met Tora

01 April 2010 - 13 April 2010

Languedoc-Roussillon

01 Januari 2009 - 31 December 2009

Dagboekje 2009 buiten vakanties om

30 September 2009 - 05 Oktober 2009

Terschelling

18 Juni 2009 - 06 Juli 2009

Vestlandet

09 April 2009 - 19 April 2009

Eindelijk weer kamperen!

06 December 2007 - 31 December 2008

Tora's eerste jaar

04 December 2008 - 14 December 2008

Westerwald

07 November 2008 - 09 November 2008

Weekend Friesland met Ma en Bas

17 September 2008 - 22 September 2008

Met Irma naar de Vogezen

07 Augustus 2008 - 23 Augustus 2008

Tröndelag en Vestlandet

29 Mei 2008 - 08 Juni 2008

Berner Oberland en Luberon

03 April 2008 - 13 April 2008

Languedoc-Roussillon

05 December 2007 - 15 December 2007

Fichtelgebirge

06 April 2007 - 15 April 2007

Vogezen

18 Oktober 2006 - 29 Oktober 2006

Corsica

24 Augustus 2006 - 03 September 2006

Noorwegen

Landen bezocht: