Fontfroide en Perpignan - Reisverslag uit Perpignan, Frankrijk van Lisette Zweers-van der Staak - WaarBenJij.nu Fontfroide en Perpignan - Reisverslag uit Perpignan, Frankrijk van Lisette Zweers-van der Staak - WaarBenJij.nu

Fontfroide en Perpignan

Door: Lisette

Blijf op de hoogte en volg Lisette

10 April 2008 | Frankrijk, Perpignan

Vanmorgen werden we (of nou ja we… ik eerst in ieder geval;-) ) wakker in de miezer. Tora is weer genezen van de hondenbuikgriep, en nu hebben we dus weer twee gezonde honden! Gelukkig!
Bij het uitlaten bleek de leemachtige grond een perfecte plaklaag onder je schoenen te vormen, waardoor je steeds hoger boven de grond kwam te staan… Uitkijken geblazen, want even niet opletten kon betekenen dat je ook met je gebit in de gele klei terecht kwam. Opletten bleek gelukkig een goed middel om dit te voorkómen.
Toen Har bij kennis was gingen we vrij snel er vandoor. Om gezellig in de grijze niezer te ontbijten was niet bespreekbaar en we hadden nu al 3 dagen Perpignan op het programma staan. De Marokkaanse collega’s van Harry hadden al vaker laten doorschemeren dat het een mooie stad was, en morgen zouden we richting noorden rijden. Het was vandaag dus voorlopig de laatste kans!
In de supermarkt in Gignac haalden we eerst nog vers stokbrood en lekkere kaas. Een sanitaire stop bij het stadje St. Thibéry bracht ons onverwacht bij een Romeinse brug. Het stadje is al meer dan 4000 jaar bekend. In de Gallo-Romeinse periode groeide de stad aan de samenvloeiing van de rivieren Herault en de Tongue. De vroegere, oorspronkelijk Keltische naam "Cessero" is uiteindelijk veranderd in "St-THIBERY" ter ere van de martelaar Thibery (de zoon van een Romeinse gouverneur van de stad Agde), die weigerde te buigen voor de keizer en daarom de doodstraf kreeg.
De Romeinse brug is oorspronkelijk gebouwd in 118 v. Chr. Op dat moment bezetten de Romeinen de "Narbonnaise"-regio van Gallië (Frankrijk). De Romeinse consul Domitius Ahenobarbus veranderde de oude Heraclesweg in een betere verbinding: de Via Domitia. Dit gaf een betere verbinding tussen Spanje en Italië en ook konden de Romeinen hun kolonie beter in de gaten houden door de betere infrastructuur. De brug over de rivier de Herault was oorspronkelijk gemaakt van tenminste 9 bogen. Beschadigd door veelvuldige en hevige overstromingen is de brug versterkt tijdens de Middeleeuwen, maar is nu in staat van lichte verval. Zo’n onverwachte stop brengt je naar onverwachte plekken, en da’s leuk!
Ook troffen we een graanmolen aan uit de 13e eeuw, die ooit deel uitmaakte van een Benedictijner abdij, tot in de Franse revolutie de eigendommen van de abdij verkocht werden.
Verder reden we richting Narbonne en daarna de abdij van Fontfroide.
De abdij Sainte-Marie de Fontfroide werd in 1093 gesticht. Het kloostercomplex ligt in een rustig dal in de Languedoc ten zuidwesten van Narbonne in Frankrijk. In 1093 kregen verspreid in de Corbières wonende kluizenaars van Aymeric II van Narbonne toestemming een klooster te stichten in Fontfroide. Aanvankelijk volgden de monniken de regels van Benedictus van Nursia. In 1144 sloten ze zich aan bij het klooster Grandselve (ten noordwesten van Toulouse) en samen met dit klooster voegden ze zich in 1146 bij de Cisterciënzers. In 1151 stichtte men vanuit Fontfroide het befaamde dochterklooster Poblet in Catalonië.
In de 12e en 13e eeuw speelde Fontfroide een bepalende rol in het conflict tussen de Katholieke Kerk en de Katharen. Paus Innocentius III benoemde twee monniken uit Fontfroide als pauselijk legaat ter bekering van de Katharen. Een van hen was Pierre de Castelnau, die in 1208 in Saint-Gilles werd vermoord. In 1209 begon daarop de kruistocht tegen de Katharen, aangevoerd door de abt van Cîteaux, die eerder abt van Fontfroide was.
In de tweede helft van de 13e eeuw werden in Fontfroide omvangrijke uitbreidingen gerealiseerd. De kerk uit 1146 werd gerenoveerd. Onder leiding van de abten Arnoud Nouvel (1255-1317) en Jacques Fournier (1280-1342) - de latere paus Benedictus XII - kende Fontfroide een ongekende bloei. Het klooster bezat uitgestrekte landerijen in de Languedoc. Ongeveer 25 kloosterboerderijen (voorhoven) vormden als het ware een groot netwerk voor de exploitatie van het land. Elke boerderij had de beschikking over 100-150 ha landbouwgrond. Wijnbouw, maar vooral ook een grote veestapel (ongeveer 20.000 stuks) vormden de belangrijkste inkomstenbron. De koningen van Aragon en de graven van Foix verleenden het klooster graasrechten op hun gebied.
In 1476 werd de abdij ‘in commende’ gegeven. Paus Gregorius XI (1370-1378 ) had dit systeem in het leven geroepen. Daarbij werd een einde gemaakt aan de vrije verkiezing van een abt door de kloostergemeenschap. Er voor in de plaats kwamen benoemingen, waarbij vaak politieke en economische overwegingen doorslaggevend waren, zeker toen na het Concordaat van Bologna (1516) de Franse koning het benoemingsrecht kreeg. Niet zelden vloeide een groot deel van de kloosterinkomsten naar de extern benoemde abt en moest de kloostergemeenschap genoegen nemen met relatief gering deel. In 1764 werd het systeem van de commende afgeschaft. De nog aanwezige monniken leefden in de 18e eeuw al lang niet meer volgens de strenge regels van de Cisterciënzerorde. Dat betekende evenwel niet dat het materiële bezit werd verwaarloosd. Grote geldsommen werden besteed aan renovatie, uitbreiding en verfraaiing.
In de woelige periode van de Franse Revolutie verloor Fontfroide zijn religieuze status. In 1791 verliet de laatste monnik het klooster. Gebouwen en omliggende landerijen kwamen in handen van de staat. De inkomsten werden toegewezen aan de stad Narbonne voor het onderhoud van de ziekenhuizen. Daardoor werd Fontfroide niet, zoals veel kloosters in die tijd, geplunderd of gesloopt. Dankzij de inspanningen van Prosper Mérimée en Eugène Viollet-le-Duc kwam de abdij in 1843 onder monumentenzorg.
Op 6 september 1858 werd Fontfroide weer een door monniken bewoond klooster. Vanuit de abdij van Sénanque, die sinds 1856 weer een religieuze gemeenschap kende en snel in omvang groeide, kwam een groep monniken om Fontfroide weer bewoonbaar te maken. Tot 1901 werd het klooster door de Cisterciënzers bewoond. In dat jaar werd de wet tegen de kloosterorden van kracht en de monniken wensten zich niet aan deze wet te onderwerpen. Ze gingen in ballingschap naar Spanje. De abdij werd verkocht.
In 1908 kwam de abdij opnieuw onder de hamer. Er kwam een bod van de Amerikaanse beeldhouwer en kunstliefhebber Georges Grey Barnard. Daarmee dreigden belangrijke elementen van het klooster naar de Verenigde Staten verscheept te worden. Door tijdige tussenkomst van Gustave Fayet en zijn vrouw Madeleine d’Andoque de Sériège kwam een hoger bod tot stand. Op 23 februari 1908 kwam de abdij in handen van Gustave en Madeleine Fayet. De Fayets gaven direct opdracht tot het uitvoeren van restauratiewerkzaamheden in de vervallen abdij. Ze maakten van het klooster een cultureel en artistiek centrum, waar toonaangevende kunstenaars korte of lange tijd verbleven. Onder hen Odilon Redon, Richard Burgstahl, Aristide Maillol, Maurice Ravel en Ricardo Viñez.
Het bouwplan de abdij volgt de voorschriften van Bernardus van Clairvaux. Ook voor Fontfroide geldt dat de meeste principes, ontleend aan de Regel van Benedictus van Nursia, bij de bouw zijn gerespecteerd. Ascese en armoede vormden de geest van Citeaux. Soberheid is daarom een belangrijk kenmerk van de architectuur.
Het grondplan wordt gevormd door het zogenaamde ‘kloostervierkant’ van Bernardus van Clairvaux. Naast de kerk en de kloostergang kent Fonfroide de typische tweedeling van een Cisterciënzerklooster: een gebouw voor de adellijke koormonniken, direct aansluitend op het dwarsschip van de kerk, en een gebouw voor de lekenbroeders dat aansluit op het lekenbroederskoor in de kerk. Het gebouw voor de lekenbroeders ligt in het westelijk deel van het kloostercomplex, gericht op de buitenwereld. Via de zogenaamde ‘Ruelle des converts’ verliep de communicatie tussen beide kloostergroepen.
De kerk uit de 12e eeuw kent een tongewelf. De pilaren hebben een bijzondere vorm. Twee dubbele, ranke zuilen steunen op een meerhoekig stuk metselwerk dat de bovenkant van een sober uitgevoerde sokkel. Het lijkt alsof de zuilen ‘zweven’. De ramen zijn van latere datum. Ze zijn ontworpen door Richard Burgstahl (pseudoniem voor de musicus-schilder Rémi Billa) en eigenlijk niet conform de oorspronkelijke bouwvoorschriften voor een cisterciënzerkerk (grijze ramen). De huidige glas-in-loodramen zijn geplaatst vanaf 1913. De westgevel van de kerk heeft twee ramen en een oculus, een verwijzing naar de drie-eenheid.
De kloostergang dateert van de 13e eeuw. Romaanse en Gotische stijlelementen zijn harmonieus samengevoegd. Opvallend zijn de oculi in de timpanen. De kapitelen van de arcades worden gekenmerkt door sierlijk beeldhouwwerk.
Ook de kapittelzaal profiteert van het licht dat via de oculi naar binnen valt. De gewelven steunen op slanke pilaren die in de 13e eeuw werden geplaatst ter vervanging van de oorspronkelijke zwaardere kolommen. De kapittelzaal speelde een essentiële rol in het dagelijks leven van de monniken. Hier las men de Capitula uit de Regel van Benedictus, en ook werden hier de opdrachten en roosters verstrekt voor de werkzaamheden.
De slaapzaal van de monniken is tijdens de door Gustave Fayet geleide restauratie omgebouwd tot een auditorium voor muziekuitvoeringen. De noordelijke wand is door Burgstahl voorzien van fresco’s. Opvallend zijn de gebrandschilderde ramen eveneens ontworpen door Burgstahl. De slaapzaal van de lekenbroeders is door Burgstahl voorzien van gebrandschilderde ramen met een mozaïekachtig patroon. Er is glas verwerkt afkomstig van in de Eerste Wereldoorlog verwoeste ramen van kathedralen uit Noord en Oost Frankrijk.
We reden weer richting Narbonne, en op de heenweg hadden we het al gezien: een garage speciaal voor eendjes! Van een aantal wrakken werden nieuwe en functionele eendjes in alle types gemaakt. Nationaal cultureel erfgoed!
Hierna reden we door naar… jawel: Perpignan, in het Catalaans Perpinyá.
Het was even zoeken naar een parkeerplek die hoog genoeg was voor onze auto, maar we hebben hem gevonden in een parkeergarage. Schaduw, en toezicht. Har vindt het niet altijd prettig om honden achter te laten in de auto terwijl er veel criminelen rond kunnen scharrelen… Ik denk dan dat Hiko wel erg ontmoedigend werkt… ;-)

Perpignan is een gezellige stad met veel kleine straatjes. Verschillende fraaie panden in de stad getuigen van een vroegere economische bloeiperiode. Het paleis van de koningen van Mallorca is tussen de 13de en de 14de eeuw gebouwd en is het oudste koninklijke verblijf in Frankrijk. Het is gebouwd nadat Jacques le Conquérant (de Veroveraar) besloot om van Perpignan de hoofdstad te maken van het koninkrijk Mallorca. De citadel is deels bewaard gebleven en kijkt uit over de stad.
Perpignan telt verschillende interessante kerken zoals de Notre Dame Ste Marie la Réal, een typisch voorbeeld van zuidelijke Gotiek. De Eglise St. Jaques stamt uit de 14de eeuw, en is deels gebouwd op de oude stadsmuren. En tenslotte is er de kathedraal, St. Jean Baptiste.
De 14de eeuwse Cathédrale de St-Jean domineert het Place de Gambetta, een voormalig exercitieterrein omzoomd door 16e eeuwse huizen. De kathedraal, gebouwd door de koningen van Mallorca, is uitgevoerd in de Roussillionse traditie van rode baksteen en keien, en heeft een typisch zuidelijk gotische smeedijzeren klokkentoren. Binnen verlichten de kaarsen muren met fresco's, gebrandschilderd glas, en een glanzend verguld altaar. in een kapel aan de zuidzijde hangt het aangrijpende houten beeld van de 'Devôt Christ', dat op Goede Vrijdag door de straten wordt gedragen door een broederschap van boetelingen. Dan klinken er doodsklokken en omfloerst tromgeroffel, terwijl de boetelingen door de stad trekken, gehuld in rode of zwarte gewaden met hoge puntkappen. Deze kerk werd grondig gerenoveerd, waardoor er grote delen van het interieur niet te zien waren.
Het centrum van de stad wordt gekenmerkt door de Place de la Loge met zijn prachtige oude gebouwen, zoals het oude stadhuis en de oude rechtbank (Loge de la Mer) uit de 14de eeuw. Aan het Place de Verdun staat Le Castillet uit de 14de eeuw. Dit was het punt in de stadsmuren waar vanaf de stad werd verdedigd. Hierin is tegenwoordig een interessant streekmuseum gevestigd. Rondom dit gebouw wordt ieder jaar op 23 juni tijdens het feest van Johannes de Doper het vuurwerk afgestoken.
Terug op de camping was het grijs. Het was een mooie dag voor linzen met worst, wat opgeleukt met wortel en ui en een scheutje olijfolie met truffel.
Vandaag geen noodstoppen en extra uitjes meer, want de honden zijn echt helemaal hersteld. Nu lekker een hele nacht slapen, zonder onderbreking… Mmmmmzzzzz… behalve het ge-fuu van de uil... zzz...fuu...zzz...fuu...

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Lisette

Dit is een reis door een hondenleven, en en passant neem ik je mee via Überall (D), Hvorsomhelst (N), Partout (F) en Vannenleiendakske (B)mee op kampeertrektochten door Europa. Veel lees- en kijkplezier!

Actief sinds 23 Juli 2012
Verslag gelezen: 924
Totaal aantal bezoekers 421289

Voorgaande reizen:

01 Januari 2008 - 30 September 2014

Waterliniepad

01 Januari 2010 - 31 December 2010

Dagboekje 2010

28 Oktober 2010 - 31 Oktober 2010

Weekend Eifel

12 Augustus 2010 - 23 Augustus 2010

Agder en Rogaland

03 Juni 2010 - 11 Juni 2010

Frans Vlaanderen

01 Februari 2008 - 06 Juni 2010

Hondenschool met Tora

01 April 2010 - 13 April 2010

Languedoc-Roussillon

01 Januari 2009 - 31 December 2009

Dagboekje 2009 buiten vakanties om

30 September 2009 - 05 Oktober 2009

Terschelling

18 Juni 2009 - 06 Juli 2009

Vestlandet

09 April 2009 - 19 April 2009

Eindelijk weer kamperen!

06 December 2007 - 31 December 2008

Tora's eerste jaar

04 December 2008 - 14 December 2008

Westerwald

07 November 2008 - 09 November 2008

Weekend Friesland met Ma en Bas

17 September 2008 - 22 September 2008

Met Irma naar de Vogezen

07 Augustus 2008 - 23 Augustus 2008

Tröndelag en Vestlandet

29 Mei 2008 - 08 Juni 2008

Berner Oberland en Luberon

03 April 2008 - 13 April 2008

Languedoc-Roussillon

05 December 2007 - 15 December 2007

Fichtelgebirge

06 April 2007 - 15 April 2007

Vogezen

18 Oktober 2006 - 29 Oktober 2006

Corsica

24 Augustus 2006 - 03 September 2006

Noorwegen

Landen bezocht: