Brunch op stand en verkassen
Door: Lisette
Blijf op de hoogte en volg Lisette
05 April 2010 | Frankrijk, Llauro
We reden over de snelweg die het oude Romeinse traject van de Via Domitia volgt. Dit was de eerste Romeinse langeafstandsweg die aangelegd werd in Gallië. De weg werd aangelegd in 118 v.Chr. en was een strategisch belangrijke verbinding die Italië met Spanje verbond. De weg kruiste in Narbonne de Via Aquitania, die naar de Atlantische Oceaan leidde.
Het fort van Salses neemt een strategische plaats in aan de via Domitia, op een smalle strook grond tussen het gebergte van de Corbières en het meer van Leucate. Het fort is in een minimale tijd gebouwd tussen 1497 en 1504 en heeft een imposante architectuur. Het is een typisch voorbeeld van de overgang tussen het middeleeuwse kasteel en het moderne geometrische fort dat is ingegraven. De belangrijkste vernieuwingen zijn de aanpassingen onder invloed van de ontwikkeling van de artillerie met het gebruik van metalen kogels. De muren zijn 6 tot 10 m dik en tot halve hoogte ingegraven in een grote gracht die onder water gezet kan worden. Het fort bevat drie tot zeven lagen die door een complex intern verbindingsstelsel worden verbonden. De vesting wordt voorafgegaan door vooruitgeschoven verdedigingsposten in de vorm van drie torens die met het centrale gedeelte worden verbonden.
De vesting heeft de vorm van een grote rechthoek die ogenschijnlijk uit één enkel massief blok is opgebouwd. Het verdedigingssysteem is echter veel complexer dan een eerste indruk doet vermoeden, en is van oost naar west in drie op zichzelf staande stukken onderverdeeld: het gemeenschappelijke gedeelte rond een vierkante binnenplaats, de vluchtschans met alle vitale organen van het fort, en de donjon die het geheel overziet en waar het verblijf van de gouverneur is ondergebracht.
De ontwikkeling van de oorlogstechnieken aan het einde van de Middeleeuwen maakt het mogelijk de architectuur van Salses beter te begrijpen. De artillerie was in de 14de eeuw ontstaan, maar de enorme stenen kogels met een kort bereik braken vaak tegen de muren van het kasteel zonder grote schade toe te brengen. Sinds het midden van de 15de eeuw kunnen dankzij de onbreekbare metalen kogels de hoge middeleeuwse courtines worden genomen. De kleinere ijzeren kogels maken het gebruik van kleinere kanonnen mogelijk, die niet alleen eenvoudiger te verplaatsen maar ook nauwkeuriger zijn. De belegeringstechniek ondergaat een ware revolutie.
De herbouw van het fort in 1497 komt aan deze ontwikkeling tegemoet door de muren in te graven en dikker te maken. Dit is inderdaad een doeltreffend antwoord tegen vijandelijke projectielen, maar heeft wel als nadeel het schootsveld van de schietgaten te beperken. Dit wordt weer gecompenseerd door het aantal schietgaten aanzienlijk uit te breiden: de vesting telt maar liefst 400 schietgaten, die niet alleen de buitenkant dekken maar ook binnen zijn voorzien om elke gang, poort, trap e.d. te kunnen bestrijken. De platformen van de torens en katten, maar ook de hoektorens, zijn bovendien voorzien van talrijke schietkamers voor kanonnen. Ondanks deze maatregelen blijven de ronde torens een zwakke schakel door de dode hoeken, die eenvoudig ondermijnd kunnen worden; dit nadeel verdwijnt pas door de ontwikkeling, tegen het midden van de 16de eeuw, van het bastionfront.
In 1496 worden het dorp en het kasteel van Salses, die de noordgrens van het Spaanse grondgebied afsluiten, door het Franse leger geplunderd en in brand gestoken. Voor een efficiëntere bescherming van de Roussillon tegen invallen door Frankrijk, besluit koning Ferdinand de Katholieke Salses te herbouwen in een defensief sperfort dat tevens als een offensieve uitvalsbasis gebruikt kan worden. In 1503, ondanks dat het fort nog niet klaar is, weerstaan de Spanjaarden een eerste belegering. In 1544 is de tussen Karel V en Frans I getekende vrede het begin van een eeuw kalmte en verliest het fort geleidelijk het militaire overwicht dat het aanvankelijk had door de toen moderne architectuur.
Tijdens de Dertig jarige Oorlog wordt Salses drie keer in drie jaar belegerd alvorens in 1642 definitief door de Fransen te worden veroverd. De Vrede van de Pyreneeën uit 1659 wijst de Roussillon uiteindelijk aan Frankrijk toe. Wanneer de grens naar de Pyreneeën wordt verlegd verliest Salses haar strategisch belang, en blijft eigenlijk alleen bewaard doordat afbraak enorm veel geld zou kosten. Na de gedeeltelijke restauratie door Vauban, dient het eerst als controlepost en later als staatsgevangenis. In de 19de eeuw wordt het fort als kruithuis gebruikt en sinds 1886 staat het op de monumentenlijst.
Rond het kasteel was een wandelpad waar we de honden ook even konden laten lopen.
Onder een boom in de schaduw vonden we een fantastische brunchplek met zicht op het fort.
We reden door naar Llauro, in het Catalaanse deel van Frankrijk. Daar is een camping, bemand door een Française met haar Nederlandse echtgenoot. Het is idyllisch gelegen tussen de kurkeiken en met een fantastisch uitzicht tot aan de Middellandse Zee. Wat je er gratis bij krijgt is de tramontane, een bergwind die hier frequent waait en hard ook. Voordeel was: de boel was zo kurkdroog. Nadeel: het koken op gas is hier onmogelijk. Gelukkig hebben we een primus achter de hand!
Voor het eten gingen we naar Castelnou, een van Frankrijks mooiste dorpen. Het dorp is gebouwd op een heuvel diep in de Aspres met op het hoogste punt een kasteel. Het pittoreske dorp heeft twee parallelle straten: de Carrer Avall en Carrer del Mig, die hier en daar met smalle steegjes verbonden zijn met elkaar.
De kerk van St. Mary Mercadal is voor het eerst genoemd in 1259 en ligt buiten de ommuurde dorp. De naam is afkomstig van een op de markt die in de buurt was. Het gebouw dateert uit het begin van de 13e eeuw en in de 18e eeuw is een sacristie en klokkentoren gebouwd. Het interieur en meubilair dateren uit de barok. De deur was echter gesloten, maar wel mooi!
Terug op de camping liet ik de honden uit. Er is hier een uitgebreid netwerk aan wandelpaden en je krijgt routes en kaarten bij de receptie mee. Geweldige service!
We aten een lekkere pasta met paprika, prei, tonijn, dille en knoflook met een witte wijn van de vorige campingbaas, een Picpoul de Pinet. Het smaakte heerlijk ondanks het geklooi in de wind.
De tramontane is een wind uit het noordwesten die over het Languedoc en de Roussillon waait. De wind is er als zich boven de Golf van Genua een lage drukgebied bevindt samen met een doordringing van een hoge drukgebied van de Azoren boven het ZW van Frankrijk. Ten zuiden van de Cévennes en Corbières is de hemel wolkenloos terwijl het vaak betrokken en regenachtig is boven het ZW van Frankrijk.
De Tramontane is een hevige, droge en koude wind die met windstoten waait, en komt elk seizoen voor. Net als de mistral vertoont hij een zeer uitgesproken dagelijkse schommeling in intensiteit.
’s Avonds was er een mooi zicht op de lichtjes van Perpignan. Je hoorde de wind en wat vogels en verder niets…
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley