Naar Terschelling
Door: Lisette
Blijf op de hoogte en volg Lisette
30 September 2009 | Nederland, Formerum
We lieten de honden even plassen en hadden vanaf de dijk mooi zicht op Harlingen. Er hingen bakken met knalrode poepzakjes voor de honden, en Hiko vulde vakkundig één zo’n zakje!
Even later reden we de boot op. Irma moest de schuifdeur van de auto vrij hebben om haar loopfiets uit te kunnen laden en met een beetje geluk ging dat net. Op de terugweg eerder en duidelijker melding maken hiervan is de leerschool.
De honden keken door de reling heen en op het moment dat de motor werd gestart was het grappig hoe Tora het klotsende water observeerde. Op een één of andere manier fascineert klotsend water haar enorm!
Onderweg kwamen allemaal mooie zeilboten langs. Het was een prachtig gezicht hoe ze in vol ornaat met de wind in de zeilen statig in de vaargeul achter elkaar aan vaarden. Een klipper is een snel zeilschip met een scherpe boeg en een of meerdere masten, dat eind 19e eeuw en begin 20e eeuw in gebruik was. De klipper is met name bekend vanwege de grote snelheden die de schepen haalden. Om die reden werden ze gebruikt voor de handel in etenswaren en andere bederfelijke waar. De schepen warensnel doordat ze slank en relatief klein waren en ze hadden een zeer groot zeiloppervlak. Deze schepen vervoerden vooralgoederen die niet veel ruimte innamen maar wel veel opbrachten, zoals thee, specerijen, post en passagiers. Klippers voeren doorgaans tweemaal zo snel (9 knopen of meer) als gewone schepen (minder dan 5 knopen) in hun tijd.
Nederland heeft een grote hoeveelheid zeilende platbodems voor de binnenvaart gebouwd tussen 1890 en 1925. Deze droegen ook de naam 'klipper', al leken ze alleen boven de waterlijn op de zeegaande voorgangers. Bovendien werden ze zonder uitzondering gebouwd van ijzer en staal, in plaats van hout. Er bestonden twee hoofdtypen: de Zeeuwse of Zuid-Hollandse klipper en de Friese klipper. Ook nu nog wordt met een aantal van deze schepen intensief gevaren in de ruime Nederlandse binnen- en kustwateren, onder de verzamelnaam 'bruine vloot'. Via de bruine vloot kun je schepen huren voor een vaartocht onder begeleiding van Harlingen naar Vlieland of Terschelling. Dat er op grote schaal gebruik van wordt gemaakt moge duidelijk zijn! Niettemin bood het ons een prachtig gezicht op al die fraaie schepen!
Een van de eerste dingen die je van Terschelling ziet als je aankomt is de beroemde vuurtoren de Brandaris. De Brandaris is de vuurtoren op Terschelling, en tevens de oudste vuurtoren van Nederland. De naam is een afleiding van Sint Brandarius, een heilige waarnaar het huidige dorp West-Terschelling in de Middeleeuwen was vernoemd.
De eerste Brandaristoren werd in 1323 gebouwd. De zee vrat echter aan Terschelling en de eerste Brandaris stortte omstreeks 1570 in zee. In 1592 begon men aan de constructie van een tweede toren, maar deze stortte in voordat hij klaar was vanwege slecht bouwmateriaal. De huidige toren stamt uit 1594. Dit is de oudste overgebleven als vuurtoren gebouwde toren.
In 1837 werd de Brandaris de eerste Nederlandse vuurtoren met een draaiende Fresnellens en in 1907 was dit de eerste vuurtoren in Nederland die elektrisch licht kreeg. De Brandaris heeft speciale vogelverlichting om te voorkomen dat vogels tegen de toren vliegen.
Op Terschelling moesten we bijtijds bij de auto zijn, omdat die nogal voorop stond in de veerboot. Verbaasd waren we dat de boeg van de veerboot ineens open ging terwijl we nog niet aangemeerd waren. We reden even later aan land en zeven kilometer oostwaarts waren we op de plaats van bestemming. Allerhartelijkst werden we ontvangen door onze gastvrouw. Ze liet ons het huisje zien en we gingen ons installeren.
Nadat de honden waren uitgelaten werden we meteen uitgenodigd om nasi mee te eten met haar en haar twee kinderen. Ook zijn er drie tweedehands honden. Het was gezellig om elkaar weer terug te zien en lekker bij te kletsen. Met een bakkie werd het gesprek voortgezet totdat de meiden de drie honden uit gingen laten. Ze kwamen even melden dat onze honden aan het blaffen waren (die weer op die drie reageerden natuurlijk).
’s Avonds nog even de honden uitgelaten en lekker gezellig bij kaarsjes zitten kletsen met Irma en toen was het bedtijd.
Tora lag te kluiven aan haar grote kluif. Hiko heeft daar eigenlijk nooit interesse in, maar wilde alleen even langs Tora. Tora kan dan nogal fel uit de hoek komen, dus gaf ik Hiko toestamming om via mijn bed (en hogere positie) Tora te passeren. Aarzelend stapte hij het bed op en wie schetste mijn verbazing dat hij aan het voetenend een rondje draaide en prinsheerlijk ging liggen...
Irma had het niet meer en maakte meteen een foto. Even later sprong hij uit zichzelf er weer af. Het was toch raar, want dat mocht anders nooit!
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley